(bijgerecht voor 3-4 personen)
450 g knolselderij
450 g venkel
1 tl venkelzaad
200 g gare witte bonen
20 g verse dille
25 g zonnebloempitten
30 g kappertjes
60 g rozijnen
rasp en sap van ½ citroen
½ krop radicchio
200 g gemengde sla 75 ml en 2 el olijfolie
peper en zout
Snijd de knolselderij in plakken, schil de plakken en snijd ze dan in blokjes van ongeveer 1 cm.
Snijd het kontje en de lange stengels van de venkel en snijd de rest in blokjes van ongeveer 1 cm.
Verdeel de knolselderij en de venkel over een met bakpapier beklede bakplaat, besprenkel ze met 2 eetlepels olijfolie en bestrooi ze met het venkelzaad en peper en zout naar smaak.
Schuif de bakplaat iets boven het midden in een niet-voorverwarmde oven en rooster de knolselderij en de venkel in ongeveer 30 minuten op 200°C goudbruin en gaar.
Laat de bonen uitlekken.
Snijd de dille fijn en doe hem samen met de zonnebloempitten, de kappertjes, de rozijnen, citroenrasp en -sap en de 75 ml olijfolie in een keukenmachine en pureer tot een grove pesto. Breng de pesto op smaak met wat zout en eventueel extra citroensap.
Schep de bonen om met de pesto.
Snijd de radicchio in smalle reepjes.
Verdeel de sla en de radicchio over een schaal.
Schep de geroosterde groenten erop en verdeel er daarna de bonen in de pesto over.