(voor 4 personen)
250 g bloemkool
250 g koolrabi
250 g wortel
250 g spruitjes
250 g mungbonen
stukje kombu van ongeveer 4 cm
2 tl miso mugi
1 tl ahornsiroop
1 tl tamari
1 tl citroensap
4 bolletjes stemgember
200 g witlof
150 g cavolo nero
70 g tahin
12 g koriander
2 tl citroensap
rasp van ¼ citroen
5 g verse gember, gerapt
25 g zonnebloempitten
5 el olijfolie
peper en zout
Verdeel de bloemkool in roosjes, snijd de koolrabi en de wortel in blokjes en verwijder het kontje en eventueel de buitenste blaadjes van de spruitjes.
Verdeel de groenten over een met bakpapier beklede bakplaat, besprenkel ze met 2 eetlepels olijfolie en bestrooi ze met peper en zout naar smaak.
Schuif de bakplaat iets boven het midden in de oven, stel de oven in op 200°C en rooster de groenten 25 tot 35 minuten, tot ze goudbruin en gaar zijn.
Laat de mungbonen 10 minuten weken in 750 ml water.
Breng de mungbonen met het weekwater en de kombu aan de kook en kook ze op laag vuur in ongeveer 25 minuten gaar.
Giet de mungbonen af.
Meng de miso, de ahornsiroop, de tamari en het citroensap met 1 eetlepel olijfolie.
Schep het misomengsel door de geroosterde groenten en zet ze nog 20 minuten terug in de oven. Schep de groenten na 10 minuten om.
Snijd de stemgember in kleine stukjes.
Verwijder het kontje en eventueel de buitenste blaadjes van de witlof, snijd hem in de lengte doormidden en daarna in halve ringetjes.
Was de cavolo nero, verwijder de harde nerf en snijd de bladeren in smalle reepjes.
Pureer voor de dressing de tahin met de koriander, het citroensap, de geraspte citroenschil, de geraspte gember, 2 eetlepels olijfolie en 4 eetlepels water.
Breng de dressing eventueel op smaak met peper en zout.
Verdeel de cavolo nero en de witlof over een schaal. Schep er de geroosterde miso-groenten, de mungbonen en de stukjes stemgember op en verdeel daarover de dressing.
Strooi de zonnebloempitten over de salade.