(hoofdgerecht voor 3 – 4 personen)
250 g rode ui
450 g pastinaak
450 g venkel
1 tl venkelzaad
1 tl komijnzaad
300 g berglinzen
stukje kombu van 5 cm
5 g verse gember
100 g bittere sinaasappelmarmelade
10 g stemgember
1 el gembersiroop
rasp en sap van ½ sinaasappel
1 tl komijn gemalen
2 tl citroensap
2 balsamicoazijn
5 el olijfolie
peper en zout
verse dille
Pel en snipper de rode ui.
Laat de rode ui in een kleine (steel) met 1 eetlepel olijfolie en een snuf zout in ongeveer 60 minuten op laat voor helemaal zacht worden en karamelliseren, roer regelmatig.
Snijd de pastinaak en de venkel in stukken van ongeveer 3 x 3 cm.
Verdeel de pastinaak en de venkel over een met bakpapier beklede bakplaat, sprenkel er 2 eetlepels olijfolie en peper en zout naar smaak over.
Strooi de venkel- en komijnzaadjes over de pastinaak en de venkel.
Schuif de bakplaat iets boven het midden in de oven, stel de oven in op 220°C en rooster de groenten in 30 tot 40 minuten goudbruin en gaar.
Kook de linzen met de kombu in 1200 ml water in ongeveer 30 minuten gaar.
Rasp de verse gember.
Pureer de sinaasappelmarmelade met de verse gember en de stemgember, de gembersiroop, sinaasappelrasp en -sap, komijn en 2 eetlepels olijfolie tot een gladde saus.
Breng de saus op smaak met peper, zout en citroensap.
Meng de linzen met de gekaramelliseerde ui.
Serveer de linzen met de geroosterde groenten en de sinaasappelsaus.
Garneer met verse dille.